O, wat maken we ons druk om onze slinkende pensioenaanspraken, lijfrentepolissen en vermogens op de bank. Want het is crisis. Straks zijn we oud, en dan willen we dat appeltje voor de dorst. Zodat we fijn door kunnen leven zoals we dat altijd deden.
Denken we. Maar voor veel premiebetalers loopt het toch net even anders af. Veel van jullie worden geen honderd, lekker op de eigen driezits thuis. Jullie worden ziek, takelen af, thuiswonen gaat niet meer. En dan? Dan moet je naar een verpleegtehuis. Ja, ook jij. Van de ene op de andere dag laat je alles achter: je huis en al je spulletjes, de tuin, de kat, en je man, of vrouw.
Nu zit je heel ergens anders. Er is veel wachten bij. Tot er eindelijk iemand komt om je uit bed te halen 's ochtends. Of om te mogen douchen, eens per week. En ook als je moet, moet je gewoon wachten.
Je pensioen kan je dan niet helpen, en je spaargeld ook niet. Je zou er wel extra personeel van willen betalen in het tehuis waar je zit, maar zo werkt het niet. Had je destijds in de Kamer maar harder gevochten voor meer handen aan het bed en betere salarissen in de zorg. Maar je koos andere prioriteiten. Welke ook weer?